, [], Whether the remission of sins ought to be reckoned amongst the things required for justification?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarom zal [30]daardoor de ongerechtigheid van Jakob [31]verzoend worden, en dit is de ganse [32]vrucht, dat [33]Hij [34]deszelfs zonde zal wegdoen, wanneer Hij al de stenen [35]des altaar [36]maken zal als verstrooi[37]de kalkstenen, de [38]bossen en [39]de zonnebeelden zullen niet bestaan. 30. Te weten door zulke straffen en vaderlijke kastijdingen, als daar is de Babylonische gevangenschap. 31. Te dien aanzien dat de uitverkorenen daardoor tot berouw en leedwezen over hunne zonden zullen gebracht worden en tot verbetering van hun leven; en alzo zouden zij vergeving van hunne zonden verkrijgen door een oprecht geloof aan Jezus Christus. 32. Te weten die van de Babylonische gevangenschap komen zal. 33. Te weten God de Heere. 34. Te weten Jakob. 35. Versta dat hier gesproken wordt van de stenen dier altaren, die hier en daar op de hoogten gesticht waren, ter ere der afgoden. 36. De zin is: Nadat Hij al de afgoderij, die een oorsprong is van alle andere zonden, zal weggedaan hebben. 37. Anders: als er geen bossen of zonnebeelden zullen staande gebleven zijn; versta hierbij, maar deze al tezamen zullen afgehouwen en verbroken zijn. 38. Van de afgodische bossen, zie Richt.3:7. 39. Zie de aantekening Lev.26:30.